Paar jaar geleden, einde van het jaar, kerstvakantie. Knus met het gezin, lekker weg in een vakantiepark, een huisje met warmte en bedden, een park met een zwembad. Onze oudste dochter wordt in deze periode 6 jaar en is bezig met zwemlessen voor haar B-diploma. Ze kan prima zwemmen maar het is nog wel eens wisselend wat we van haar zien. Vooral duiken vindt ze soms nog lastig. Door de manier waarop ze in het water springt, klapt ze best vaak met haar buik op het water. Dat ontneemt haar de lol en brengt spanning, want die pijn is niet leuk! Zo’n vakantie is dan mooi om daarbij stil te staan: alle tijd om te oefenen!
“Kijk lieverd, als je naar beneden kijkt en duikt, dan duik je ook mooi het water in, zonder je buik te blesseren.” Vanaf de eerste keer gaat het goed en na een paar keer oefenen is het zelfs nog beter: ze heeft ‘m te pakken – soepel als een waterdier duikt ze vanaf de kant het water in. Dat herhalen we elke vakantiedag nog een paar keer, maar het is overduidelijk dat onze bedoeling (kijk naar beneden als je duikt) over is gekomen en ze nu met plezier duiken kan. Trotse pappa!
Een paar weken later is de vakantie voorbij en beginnen de zwemlessen weer. Vanaf de tribune kijk ik hoopvol naar het duiken van onze dochter en… raak teleurgesteld over wat ik zie. Ondanks het oefenen zie ik haar vooruit kijken ipv naar beneden en bijgevolg duikt ze dus ook plat vooruit (op haar buik) ipv netjes hoofd eerst en naar beneden. Ik snap er niks van?!
Terug in de auto, toch eens vragen naar dat duiken:
“Lieverd, ik zag je net duiken en best wel plat op je buik terecht komen. Weet je nog dat we op vakantie hebben geoefend met naar beneden kijken en naar beneden duiken ipv plat op je buik?”
“Ja, weet ik nog.
“Maar waarom duik je dan vooruit en doe je wat anders dan op vakantie?”
“Nou, pappa… Het gat waar ik door moet zwemmen is recht voor me. Daarom kijk ik voor me uit.”
“Ah, oké. Maar kan je dan ook naar beneden kijken, duiken en dan door het gat zwemmen?”
“Nee-hee… Het gat is recht vooruit, dus daar kijk ik naar”
“Ik denk dat het wel kan hoor, naar beneden kijken, duiken en dan door het gat zwemmen”
“Pappa, het gat is voor me, daarom duik ik vooruit! Dus dan heb ik gelijk”
(gegniffel van mij, over zoveel inzicht)
“Nou, lieverd, ik denk dat ik ook gelijk heb als ik zeg dat je naar beneden duikt als je naar beneden kijkt”
Stilte op de achterbank, bijna 3 seconden. En dan, in rustige, doordachte woorden:
“Ja, maar, pappa, dan kies ik toch voor mijn eigen gelijk hoor”
Hard lachende, trotse pappa! Zoveel zelfsturing bij mijn dochter, nèt 6 jaar geworden… Die is goed op haar toekomst voorbereid. Zo kan ze alleen nog maar een succes worden in al die zelfsturende teams waar iedereen nu aan werkt – denk ik.